De productie van de Nederlandse industrie was in april 3,5 procent lager dan in april 2023, maakt het CBS bekend. Dit markeert de tiende opeenvolgende maand van daling op jaarbasis.
De Nederlandse industriƫle productie heeft in de afgelopen jaren schommelingen vertoond, met aanzienlijke veranderingen sinds het dieptepunt in het voorjaar van 2020. De huidige cijfers laten een voortdurende neerwaartse trend zien, die zich al sinds mei 2022 voordoet.
Daling in bijna helft van de branches
Bijna de helft van alle bedrijfsklassen in de industrie produceerde in april minder dan in dezelfde maand een jaar eerder. Vooral de reparatie en installatie van machines kenden een scherpe daling met 38,2 procent. Daarentegen zag de elektrische en elektronische apparatenindustrie de grootste stijging met 5,9 procent.
Productie industrie (volume) naar bedrijfsklasse, april 2024 (%-verandering t.o.v. jaar eerder)
De genoemde bedrijfsklassen zijn goed voor bijna 80 procent van de totale industriƫle productie.
Productie stijgt in april
Ondanks de jaarlijkse daling, steeg de voor seizoen- en kalendereffecten gecorrigeerde productie van maart op april met 0,4 procent. Deze maandelijkse cijfers fluctueren doorgaans sterk, met snelle opeenvolging van dalingen en stijgingen.
De index van de productie-industrie, gecorrigeerd voor seizoen- en kalendereffecten, toont een herstel vanaf het dieptepunt in mei 2020, met een piek in april 2022. Sindsdien is een neerwaartse trend zichtbaar.
Producenten industrie opnieuw minder negatief
Producenten in de industrie waren in mei minder negatief over de verwachte bedrijvigheid dan in april. Duitsland, een belangrijke afzetmarkt voor de Nederlandse industrie, zag een soortgelijke daling van 3,5 procent op jaarbasis in april, hoewel de maand-op-maand productie met 0,3 procent toenam.
De cijfers in dit bericht zijn voorlopig en kunnen worden bijgesteld.